Wanneer we erkennen dat de islam een vijand is die ons bedreigt kunnen we de militaire weg kiezen: ons bewapenen, een sterk leger opbouwen, NAVO-oefeningen houden, enzovoort. Deze weg werd bijvoorbeeld bewandeld in Afghanistan en bij de jacht op Bin Laden. Maar deze weg kan Europa niet beschermen tegen islamisering.
Daarom zullen we de confrontatie langs een niet-militaire, een geestelijke weg moeten aangaan. Maar ook hier moeten we kiezen tussen een gewelddadige, polemische aanpak en een dialogische aanpak. Bij de eerste laten we ons polariseren en maken we karikaturen van de islam. Deze aanpak vereist wel veel opgewonden, oppervlakkige energie, maar is in feite emotioneel en intellectueel gemakkelijk. Veel moeilijker is de dialogische aanpak. Deze vereist zelfbeheersing en je verdiepen in de beweegredenen van de tegenstander.
Wat kunnen we doen? Allereerst zullen we ons moeten verdiepen in de geschiedenis. Veel islamieten denken nostalgisch terug aan de hoge of machtige culturen die zij hebben gehad en geven de schuld van de teloorgang daarvan aan het westen. Ze dromen van een renaissance. Hier zullen we eerlijk moeten beoordelen in hoeverre hun kijk op het verleden terecht is. Hebben ze werkelijk hoge culturen gehad? Zo ja, waren die dan leermeesters voor Europa? Hoe was in die tijd de relatie tussen joden, christenen en islamieten? Is de neergang van de islamitische cultuur werkelijk veroorzaakt door de opgang van de Europese? Als we de islam willen bestrijden moeten we niet op de islamieten gaan schieten, maar hun geschiedenis bestuderen. En het is theoretisch mogelijk dat we zullen zeggen: de islam blijkt zó voortreffelijk te zijn dat we die moeten overnemen. Het is ook mogelijk dat de islamieten helemaal niet zulke aardige mensen blijken te zijn als we hoopten.
Een ander belangrijk punt is dat we studie moeten maken van de mechanismen die leiden tot oorlogen. De geschiedenisboeken staan vol beschrijvingen van oorlogen en achteraf-verklaringen hoe die oorlogen zijn ontstaan. Uit deze verklaringen kan men gewoonlijk duidelijk reconstrueren welke de fatale stappen waren die tot die oorlogen hebben geleid. We moeten proberen om uit deze historische gegevens lering te trekken. Als we weten wat voor soort fatale stappen tot oorlogen leiden kunnen we misschien het zetten van dergelijke stappen in de toekomst vermijden.
Een goed voorbeeld is het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog. Onder invloed van het toen heersende sociaaldarwinisme wilde men wel eens uitvechten wie van de grote mogendheden Frankrijk, Duitsland en Engeland de sterkste was. Men dacht hierbij aan een oorlog vergelijkbaar met de Frans-Duitse oorlog van 1870-71 die maar kort duurde. Niemand wilde een échte oorlog. Maar door allerlei verdragen en het in werking treden van allerlei sociaalpsychologische mechanismen die men niet had voorzien ontstond er een oorlog die niemand wilde: een vier jaar durende loopgravenoorlog met 20 miljoen doden.
Wat we kunnen doen is proberen deze mechanismen te identificeren en te begrijpen. Dat is een moeilijke opgave, maar hij is belangrijk (bovendien vormt hij voor mensen met psychologische belangstelling een uiterst interessante uitdaging). <website> We moeten proberen aan de hand van het gewonnen inzicht gedragsregels op te stellen zodat onze dialoog met de islam niet uit de hand loopt en, zoals zo vaak, overgaat in een vijandige strijd. om oorlogen te voorkomen. We moeten de politici overtuigen van de juistheid van deze regels en de noodzaak zich daaraan te houden. In het volgende zullen de belangrijkste van deze regels worden besproken.